Biologische bestrijding en bestuiving
Biologische bestrijding en bestuiving
Bij onze dieren en ons fruit word eigenlijk nooit met chemische middelen gewerkt.
Voor de bestrijding van bloedluis(vogelmijt) werken we altijd met Dutchy’s. Dutchy is een roofmijt die door ons word uitgezet in de hokken van de kippen. De bloedluis leeft overdag in allerlei hoekjes een spleten in het hok. s’ Nachts worden ze actief en gaan op zoek naar bloed en lopen dan via de stokken en de poten van de dieren op de kippen. Daar prikken ze de kippen aan en zuigen zich vol bloed. Als een bloedluis zich heeft kunnen vullen met bloed kunnen ze eieren gaan leggen. Dit doen weer in het hok in allerlei hoekjes en spleten.
De Dutchy is een roofmijt die zich 24 uur per dag bezig is met zoeken naar prooi. Dit kan stofmijt zijn maar ook de vogelmijt. Een volwassen Dutchy bijna zijn eigen gewicht aan prooi dieren per dag. Als men kan zorgen dat in het voorjaar een voldoende grote populatie aan Dutchy in de stal kan worden op gebouwd. Houd deze de populatie vogelmijt het hele jaar onder controle.
Kijk voor meer informatie even bij onze leverancier van deze mijten.
www.refona.nl/informatie/dutchys-roofmijten
Een andere plaag in onze stallen zijn Vliegen. Iedereen kent ze wel de huisvlieg. Deze vliegen leven van alles wat maar vocht en voedingswaarde heeft. Zo is mest van de kippen een ultieme voedingsbron deze dieren. Als we hier niets aan doen kan de gehele buurt mee genieten van onze vliegen. Naar door het uitzetten van Muscidifurax een sluipwesp die parasiteert op vliegenpoppen kunnen we de overlast uitstekend in de hand houden.
De sluipwespen worden in de stal gebracht door geparasiteerde vliegenpoppen uit te strooien in hoeken waar de mest blijft liggen. Hier zetten de vliegen hun eieren af welke na een paar dagen uitkomen en maden worden. Deze eten van de mest. De sluipwespen zijn vrij kleine wespjes welke vrij laag in de stal boven de mest rond vliegen en hun eieren afzetten in het lijf van de levende made. Als de vlieg made gaan verpoppen komen de eieren van de sluipwesp uit en eten in de pop de vliegen made op. Na een paar dagen is de pop dood en verpopt de sluipwesp in de vliegen pop en komt na een aantal dagen als volwassen sluipwesp uit de vliegenpop. Een geparasiteerde vliegen pop kan zo wel 5 tot 10 sluipwespen bevatten. En houden zo de totale vliegen populatie onder controle.
Kijk voor meer informatie op site van onze leverancier van deze sluipwespen.
www.refona.nl/product/noflypak-5.000-159
In de tuin op ons fruit word eigenlijk nooit biologisch bestrijders uit gezet. Dit omdat buiten de kosten de controle niet mogelijk is. Maar…. Door de inrichting en de diversiteit van onze velden en het niet gebruiken van chemische middelen komt er zo een grote diversiteit van natuurlijke vijanden in onze gewassen dat we eigenlijk maar zelden een grote schade ondervinden van plaag insecten. Zo komt in het voorjaar bij de eerste luisaantasting meestal binnen een paar dagen de eerste lieveheersbeestjes al weer helpen om de luis onder controle te krijgen. Dan zie je ook gelijk weer de sluipwespen en gaasvliegen in onze fruitgewassen rond vliegen. De grootste hulp in de zomer is de roofwants (orius lavigatus) onze beste hulp om alle mogelijke problemen mee onder controle te houden.
Een andere grote hulp op ons bedrijf zijn de diverse vogel soorten om allerlei plagen mee onder controle tehouden.
Zo is een van de meest tot de verbeelding sprekende hulp onze Torenvalk. Met het planten van de eerste walnoten bomen hebben ook gelijk een paal met een nestkast in de tuin geplaatst. De laatste 5 jaar is er elk jaar wel een tot in sommige jaren wel 2 broedsels groot gebracht.
een andere grote hulp zijn de koolmezen. Als er een vogelsoort is die perfect zorgt voor de bestrijding van rupsen zijn dat wel de koolmezen. Over heel de tuin zijn er wel een 30 tal nestkasten geplaats. Elk jaar komen zo toch wel aan een 60% bezetting.
Sinds dit jaar (2023) zijn we op zoek naar een nieuwe hulp. Er zijn dit jaar 2 nieuwe nestkasten geplaatst voor kerkuiltje. We hebben ze hier regelmatig gespot maar we hadden nog geen broedgelegeheid.
Het grootste problemen tot nu toe zijn de noten boorvlieg in onze walnoten en de suzukie fruitvlieg in onze kersen. Dit betekent bijvoorbeeld. Dat in het voorjaar onze eerste kersen wel eens aangetast kunnen zijn door deze fruitvlieg en wij ze niet in onze winkel kunnen aanbieden. Als de aantasting niet te erg is verwerken we ze nog wel in onze likeur.
Bij de walnoten is het nu wel zo erg dat we nu al twee jaar geen verse walnoten meer in de winkel kunnen verkopen. We hopen dat er binnen kort toch een oplossing komt om deze kwaal ook onder controle te krijgen.